In het taalonderwijs breiden kinderen hun woordenschat uit en leren ze woorden foutloos schrijven. Daarnaast leren ze hoe je een goedlopende zin schrijft. In de bovenbouw gaan kinderen ook zinnen ontleden en woorden benoemen. Ook oefenen ze gespreksvaardigheden en wordt er aandacht besteed aan stellen (het schrijven van teksten).
Binnen het taalonderwijs hebben we extra aandacht voor spelling en werkwoordspelling. Spelling oefenen we met Snappet, een adaptieve lesmethode. De kinderen werken op een tablet en oefenen digitaal op hun eigen niveau de woorden van een bepaalde categorie. Elk kind krijgt leerstof aangeboden passend bij zijn of haar eigen niveau.